Naast de taak van de overheid bij de bouw van schuilkelders komen er ook richtlijnen en wetten voor nieuwbouw. In 1955 wordt het Koninklijk Besluit “Schuilplaatsen bij bouw van woningen’ van kracht. Deze Wet bepaald dat binnen de gemeentelijke bouwverordeningen bepalingen en voorschriften moeten worden opgenomen voor het bouwen van gebouwen met twee of meer woningen. Plaats en grootte van een schuilgelegenheid binnen het gebouw worden daarin bepaald. De voorschriften gaan over het aantal en de plaats van nooduitgangen, over de dikte en samenstelling van de muren, over draagvloeren, bordessen en de afdekking van de bovenste bouwlaag.
Het schuilgelegenheidbeleid wordt ingehaald door de ontwikkelingen. De militaire veronderstelling geeft een indicatie al dat de bombardementen frequenter en zwaarder gaan worden. Het verblijf in de schuilgelegenheid zal langer duren en de effecten van een aanval verstrekkend. De groei van de bevolking neemt explosief toe en de mobiliteit van de bevolking groeit navenant Hierdoor dient het aantal beschikbare schuilplaatsen drastisch te worden bijgesteld.
De organisatie Bescherming Bevolking verantwoordelijk voor o.a. de individuele zelfbescherming, prefereert een goede beschermingsmogelijkheid in eigen omgeving boven de vele openbare schuilgelegenheden. De B.B. geeft adviezen waarbij voornamelijk wordt gekeken naar bouwkundige voorzieningen en de mogelijkheden om het belangrijkste schadelijke gevolg van een stoomexplosie, de fall-out, besmetting, buiten te houden.
In het Koninklijke Besluit worden eengezinswoningen niet genoemd. De bewoners moeten zich zelf zien te redden, meestal binnenshuis. Sommigen besluiten in de tuin een eigen schuilkelder te bouwen. In de gemeente Dwingeloo wordt door een particulier een volwaardige schuilkelder voor 4 personen in de tuin gebouwd. Andere particulieren laten bij de nieuwbouw van hun woning een schuilkelder in het ontwerp opnemen. In de gemeente Roosendaal is onder twee bungalows op eigen kosten een technisch volwaardige schuilgelegenheden gebouwd.
De organisatie B.B. geeft echter wel voorlichting over de wijze waarop in een eengezinswoning een zekere bescherming is te realiseren. In diverse gemeenten in Nederland worden modelwoningen ingericht waar de bevolking kan zien hoe men met eenvoudige middelen een schuilgelegenheid in eigen huis kan inrichten. Meestal is de kelder hiervoor de aangewezen plaats.
Wanneer geen kelder aanwezig is. wordt vaak de keuken geschikt geacht om als schuilgelegenheid te dienen. Hiervoor moeten wel enige handelingen verricht worden:
Door modelwoningen te bezoeken kan de bevolking wennen aan dit idee en voorlichting krijgen van de organisatie B.B. over nut en mogelijkheden.
Deze woningen zijn o.a. opgezet in: Kollum, Hedel en Zevenhuizen. In Utrecht wordt zelfs een flatwoning ingericht als modelwoning.